Verkiezingen zijn gedoemd te mislukken
Deze week verscheen in het Nieuwsblad van Landsmeer het volgende artikel van mijn hand over de verkiezingen. In mijn boek Valadin deel 2, "de strijd om Carna," beschrijf ik uitgebreid waarom we vaak de verkeerde leiders kiezen
Elk volk krijgt de leiders die het verdient.
Er is volop kritiek op het edele viertal wat nu een nieuw
kabinet probeert te vormen. Dat is nog best ingewikkeld, want eigenlijk wil
niemand graag met Wilders samenwerken. En laten we eerlijk zijn: daar heeft hij
het de afgelopen jaren met diverse onbehoorlijke uitspraken ook wel naar
gemaakt. Dan maken Dylan en Pieter omtrekkende bewegingen met termen als
gedogen en extraparlementair kabinet maakt de vierde van het stel tot nu toe ook
nog geen briljante indruk. Bovendien lijkt het niveau van de overige vele
nieuwe parlementariërs ook nog niet erg hoog. Het vertrouwen in de politiek is nog nooit zo
laag geweest. Alle reden dus voor kritiek, maar is dat terecht?
Het is niet makkelijk om politicus te zijn en dan mogen we
in Nederland nog onze handen dichtknijpen. Amerika heeft Biden en Trump en een
kiesstelsel dat de indruk wekt beïnvloedbaar te zijn voor degene met het meeste
geld. Suriname heeft jarenlang een leider gehad die veroordeeld is voor
meervoudige moord en ook in andere landen stemmen gekozen politici niet
vrolijk.
Aan een politicus moeten ook best hoge eisen worden gesteld;
het is immers de belangrijkste baan in een land. Waar moet een premier aan
voldoen? Zonder de illusie te hebben compleet te zijn, moet hij/zij
charismatisch zijn. Hij/zij moet het vertrouwen van zijn/haar volk hebben. Moet
over veel energie beschikken, want het is een zware baan. Moet het algemeen
belang boven zijn/haar eigen belang stellen.
Beschikken over een hoog iq en eq. Moet bestuurlijke ervaring hebben,
want elk vak moet geleerd worden. Moet
levenservaring hebben en kennis hebben van de verschillende bevolkingsgroepen in het land. Het zou zo
mooi zijn als een premier ooit boer geweest was, of verpleegkundige, of
politieman, of jong met geen uitzicht op een woning. Waarschijnlijk kunt u
bovenstaande functie eisen makkelijk aanvullen.
Kortom; een zware baan. Maar zelfs als er iemand zou bestaan
die hieraan voldoet, is de kans dat die
gekozen wordt relatief klein. De geschiedenis en ook de voorbeelden uit andere
landen laten zien dat goed kiezen ook nog niet zo eenvoudig is. Want ook aan een kiezer kunnen we een pakket functie
eisen hangen. Ook een kiezer moet over een behoorlijk iq en eq beschikken,
weten wat er in het land speelt, het algemeen belang dienen en ook beschikken
over mensenkennis om de goede kandidaat te kiezen en niet te vallen voor mooie
praatjes. Kennis hebben van staatsrecht, politieke theorieën en geschiedenis en
om de kandidaten echt goed te kunnen beoordelen, regelmatig aanwezig zijn in de
tweede kamer om politici aan het werk te zien. Dan kan er pas een goede keuze
gemaakt worden. Maar doen we dat ook?. Wij als kiezer functioneren lang niet op
voldoende niveau om verantwoorde keuzes te maken. Beoordeelt u zichzelf maar
eens aan de hand van bovenstaande functie eisen. En dus wordt de keus op een
politicus bepaald door zwevende kiezers ( een eufemisme voor kiezers die geen
flauw idee hebben op wie ze gaan stemmen
en pas op het laatste moment op goed geluk een keuze maken), proteststemmers (
kiezers die ontevreden zijn over de huidige regering maar geen idee hebben hoe
het wel moet) en andere kiezers die eigenlijk ook niet veel meer weten. En ja,
dan krijgen we verkeerde keuzes.
Waarom gaan we kiezers niet beter opleiden, zodat er
verantwoorde keuzes gemaakt kunnen worden? Zolang het niveau van ons als kiezer
zo laag blijft mogen we niet verwachten dat we betere leiders krijgen. Ieder
volk krijgt de leiders die het verdient. En wij verdienen niet beter.